In de wijk Testaccio in Rome is er een restaurantje waar je de typische Romeinse gerechten kan eten. Checcino bevindt zich al sinds 1887 in de wijk Testaccio, letterlijk vertaald de ‘schervenberg’. Deze berg bestaat uit scherven van amforen, die gebruikt werden voor olie. In deze berg is het een ideale koele plaats voor een wijnkelder. Checcino was oorspronkelijk dan ook een wijnzaak. In 1890 opende er vlakbij echter een slachthuis en de slachters die er werkten kregen naast hun schamel loon ook slachtafval mee. Ze gingen er mee naar de bars om deze te verwerken tot gerechten. Zoveel jaren later is het slachthuis verdwenen, maar het restaurant Checcino is gebleven. Het is ook nog altijd dezelfde familie die het restaurant in handen heeft.
Je kan hier dus veel ingewanden en andere delen van de koe, kalf, varken en lam eten, die omgetoverd worden tot lekkere gerechten: coda alla vaccinara (koestaart, klaargemaakt in tomatensaus met selder en pijnboompitten), trippa alla romana, testina di vitello (kalfskop), capocollo (vlees van de nek), pezzetti di guanciale (vlees van wangen), coratella di abbacchio (gerecht met hart, milt en long), lingua di vitello, zampa di vitello (kalfspoot)… Voor wie dat niet ziet zitten, is er ook een vegetarische menu. Er worden ook veel gerechten bereid met artisjok.
De wijnkaart is heel uitgebreid, je kan zelfs enkele mooie wijnen per glas verkrijgen.
De zaak straalt nog altijd dezelfde ouderwetse sfeer uit van weleer. Het meubilair werd niet aangepast en de kelners dragen ook hun pak en strik van weleer.
